Article headline
Wibi Soerjadi; trendsetter in thuiswerken
Leven

Wibi Soerjadi; trendsetter in thuiswerken

Twisk staat voor betovering. Als Wibi Soerjadi praat over het monumentendorp, proef je de nostalgie. De pianovirtuoos woonde vijftien jaar in de statige Geertruidahoeve in Twisk, waar hij ook begon met zijn huisconcerten. ,,Achteraf gezien was ik daarmee trendsetter in thuiswerken’'.

Wibi Soerjadi; trendsetter in thuiswerken

Trots laat hij zijn verzameling vleugels zien. Dure instrumenten, onmisbaar voor een pianist van wereldfaam. Maar vraag je Wibi naar zijn dierbaarste bezit, wijst hij naar foto’s. Familieportretten waarop hij staat, met zijn ouders en zijn broers. ,,Nu mijn vader en moeder er niet meer zijn, worden die herinneringen steeds belangrijker voor me.’’

Wibi Soerjadi (50 jaar) is de derde in een gezin met vijf broers. Op zijn elfde begon hij met piano spelen. Al snel bleek hij heel talentvol: hij was vijftien toen hij de eerste prijs won bij het Prinses Christina Concours. Wibi studeerde aan het conservatorium in Amsterdam waar hij vervroegd examen mocht doen en met de hoogste cijfers slaagde. Na een concert in het kerkje van Lambertschaag was hij geraakt door West-Friesland. Al snel verhuisde hij daarom op advies van muziekfan en motorlegende Wil Hartog in 1991 naar Abbekerk, de thuisbasis van de TT-held. ,,Omdat ik net als Liszt en Chopin salonconcerten in een kleine setting wilde geven, ben ik een paar jaar later op zoek gegaan naar een groter huis. Dat vond ik vlakbij, in Twisk.’’ In 1996 verhuisde de pianist naar de sfeervolle Geertruida-hoeve aan de Twisker Dorpsstraat: een villa in Jugendstil-stijl, omringd door een hectare grond.

Geertruida-hoeve aan de Twisker Dorpsstraat

Kroonluchters

Rond het kasteelachtige huis in Twisk hangt dan al een artistieke sfeer, want de hoeve was twaalf jaar de woon- en werkplek van tekenaar Peter van Straaten. De bekende illustrator had plannen om er een galerie te beginnen en was al met de verbouwing begonnen. ,,Die galerie-ruimte leende zich helemaal om in te richten als concertzaal’’, vertelt Wibi. Hij liet er kroonluchters ophangen en er kwamen dieprode, dikke tapijten en roomwitte balustrades waarmee de ruimte het uiterlijk kreeg van een klassieke concertzaal. ,,De sfeer en de akoestiek daar waren geweldig’’, vertelt Wibi. ,,Daarom kwam het publiek er graag. Er was plaats voor 125 bezoekers en het was vrijwel altijd uitverkocht. Fans die daar toen kwamen, zie ik nu nog altijd bij mijn concerten terug.’’ Vanaf 1999 gaf hij er ook tuinconcerten, waarbij de koeien van de buren nieuwsgierig (en gratis!) meeluisterden.

Hij vertelt bevlogen over zijn jaren in Twisk. ,,Het huis bood alle ruimte voor mijn verzameling muziekboeken en mijn vleugels. Het was ruim, maar had toch een warme intimiteit en een gezellige sfeer. Een groot voordeel van Twisk vond ik de stilte, zodat ik er in alle rust kon studeren en componeren. Een ander pluspunt van Twisk is dat je dicht bij de snelweg zit. Daardoor ben je zó in Amsterdam.’’

Dat hij er uiteindelijk toch vertrok, had te maken met zijn ambities: hij wilde een eigen piano-academie beginnen om jonge pianisten op te leiden. Daarvoor was Twisk toch te klein. Eerst verhuisde hij naar een landgoed bij Zeist. Nu woont hij alweer een paar jaar in een landhuis in het Twentse Diepenheim. Groot genoeg voor concerten en masterclasses. ,,Ik vind dat je moet proberen om alles uit het leven te halen wat erin zit.’’

Geertruida-hoeve, later Twiskerslot', aan de Twisker Dorpsstraat

Waar denk je aan als je terugkijkt op je jeugd?

,,Ik groeide op in Berkel en Rodenrijs. Mijn vader gaf wiskunde aan de Technische Universiteit in Delft, mijn moeder is opgeleid tot socioloog en koos ervoor om voor het gezin te zorgen. Ze was altijd heel energiek. Altijd stond ze voor iedereen klaar.’’

,,Mijn vader stimuleerde ons bij alles wat we wilden leren. Hij leerde ons dat je hard moest werken omdat niks vanzelf gaat. Ik wilde uitvinder worden. Om te beginnen experimenteerde ik met zelfgemaakte vliegtuigjes waarmee ik demonstraties gaf in de buurt. We bouwden boemerangs en periscopen. Ook speelde ik graag computerspelletjes. Met mijn broers keek ik naar tv-programma’s over goochelen. Na zo’n uitzending oefenden we net zo lang tot we een truc na konden doen.’’

,,Bij ons thuis was altijd extra aandacht voor mijn jongere broer Wisnoe. Hij is verstandelijk gehandicapt. Ik zie hem als mijn hartsvriend. Gevoelsmatig lijken wij heel veel op elkaar. We hebben dezelfde energie en dezelfde passie voor muziek. Hij begrijpt me het beste.’’

‘Om een vleugel te betalen, verkochten mijn ouders hun vakantiehuisje’

Wanneer kwam de piano in je leven?

,,Bij ons thuis stond een piano in de woonkamer, waar mijn ouders op speelden. Eerst keek ik daar niet naar om, maar toen ik elf was, namen ze me mee naar een concert waar ik door de muziek werd gegrepen. Ik vroeg mijn vader of hij me wilde leren om noten te lezen. Daarna speelde ik binnen een paar weken al serieuze stukken.’’

,,Ook mijn jongere broer Ardjoena was al gauw niet meer bij de piano weg te slaan, zodat we afspraken moesten maken wie wanneer zou spelen. Soms begonnen we al om half zeven ’s morgens en speelde ik acht uur per dag. Op advies van onze pianoleraar hebben mijn ouders toen een Steinway-vleugel aangeschaft om ons talent optimaal tot ontwikkeling te laten komen. Om de allerbeste vleugel te kunnen betalen, hebben ze hun vakantiehuisje in Zeeland toen verkocht.’’

Wie zijn je voorbeelden?

,,Mijn ouders. Mijn moeder leerde me dat ik rekening moet houden met anderen maar dat ik me niks moet aantrekken van wat anderen over me zeggen. Mijn gevoeligheid heb ik van mijn moeder, mijn analytische inzicht heb ik van mijn vader. Ze stimuleerden mijn broers en mij bij alles wat we deden en leerden ons dat we hard moeten werken om iets te bereiken. Als eerbetoon aan mijn ouders wil ik daarom mijn talenten optimaal benutten. Want als een auto twaalf cilinders heeft, moet hij ook op alle twaalf rijden.’’

,,Op mijn vakgebied zie ik de Hongaarse pianist en componist Franz Liszt als voorbeeld. Net als ik was hij een man van uitersten en van heftige emoties. Hij kon heel klein en introvert spelen, maar soms leek het ook of hij de klanken van een compleet concert uit zijn vleugel wist te toveren. Liszt is de uitvinder van het symfonisch gedicht, waarmee hij nieuwe wegen insloeg. Die vernieuwing spreekt me aan. Met het geven van salonconcerten treed ik in zijn voetsporen, want Liszt deed dat jaren geleden al.’’

Wat zie je als hoogtepunt in je loopbaan?

,,Je verwacht misschien dat ik nu begin over mijn tournee door China, mijn concert in de Carnegie Hall in New York, mijn koninklijke onderscheiding of mijn eigen muziekuitgeverij. Daar ben ik allemaal trots op, maar ik ben het meest trots op de kerstgala’s die ik ieder jaar geef in het Amsterdamse Concertgebouw. Dat doe ik dit jaar voor de 28ste keer. Daarmee is het de langste traditie ooit van een solo-artiest in het Concertgebouw. Ik beschouw dat als een hoogtepunt omdat het uitdrukt hoe trouw mijn fans zijn.’’

Hij vertelt zijn verhaal in Villa Peckedam in Diepenheim. Een soort kasteeltje van 25 kamers op de buitenplaats Nijenhuis, waar hij woont met zijn dalmatiër Pepper.

Villa Peckedam

Waarom is je keuze op dit huis gevallen?

,,Vanwege de sfeer en de uitstraling. Maar ook vanwege de mogelijkheden. Dit huis heeft een prachtige salon waar ik huisconcerten geef. Door de bijzondere ambiance en aankleding voelen bezoekers zich hier extra welkom. De sfeer en de omgeving geven de muziek meerwaarde, waardoor het publiek zich opgetild voelt. Zo kom je tijdens zo’n concert in een compleet andere wereld terecht.’’

,,Ook de tuin is groot genoeg voor concerten. Bij die optredens staat mijn vleugel op de veranda en zit het publiek op stoelen onder de bomen. In dit huis heb ik aparte kamers voor mijn Disney-verzameling, voor mijn poolbiljart en mijn collectie antieke instrumenten. Voor een ander hebben die geen waarde, maar voor mij zijn ze van grote betekenis.’’

,,Deze villa lijkt qua sfeer en indeling veel op mijn huis in Twisk. Daarom zei ik meteen ja, toen ik hier voor het eerst rondliep.’’

Hoe ziet een doorsnee dag eruit voor jou?

,,Als ik een concert geef, draait alles om mijn optreden. Op dagen zonder vaste verplichtingen, besteed ik bijna al mijn tijd aan studeren achter de vleugel en aan het componeren van nieuw werk. Ook maak ik graag transcripties en parafrases van bestaande muziek. Zo bewerkte ik de soundtracks van bekende films. Normaal komt er een heel orkest aan te pas om die muziek te spelen, maar dankzij mijn bewerkingen kan ik hele soundtracks op de vleugel laten horen. Om af en toe los te komen van de toetsen, haal ik zelf de boodschappen en kook ik graag. Van bevriende topkoks heb ik een paar goede recepten gekregen voor visgerechten. Die zijn heerlijk.’’

Wat zijn je hobby’s?

,,Ik verzamel Disney-figuren, ik ben dol op mijn hond Pepper en ik hou van paardrijden. Met mijn paarden doe ik mee aan springwedstrijden. Vroeger deed ik aan schermen, nu is daar calisthenics voor in de plaats gekomen. Dat is een vorm van body weight-training om je spierspanning te verbeteren. Niet met apparaten, maar met je eigen lichaam als uitgaanspunt. Opdrukken met één arm bijvoorbeeld. En oefeningen doen aan een rekstok en in de ringen. Daarvoor heb ik een paar ringen onder mijn patio opgehangen. Zo probeer ik mezelf uit te dagen. De ontspanning zoek ik daarna in mijn huisbioscoop, op de zolder van mijn huis.’’

Wat maakt je boos?

,,Boos is een groot woord, maar ik kan me soms storen aan mensen die maar een beperkt beeld van me hebben. Die zien me soms als een verblinde Disney-fan die toevallig ook nog piano speelt. Ik vind het vervelend dat het altijd daarover gaat, want er is zo veel meer.’’

Wat zijn je favoriete vakanties?

,,Toen ik vijftig werd, ben ik met vrienden en familie naar Disneyland in Parijs geweest. Dat was fantastisch. Maar misschien is het niet handig om daarover te beginnen, want dan bevestig ik dat vooroordeel van de Disneyfan weer. Ik hou ook van vakanties naar de zon en de zee en van trips naar historische plaatsen.’’ Geen wintersport? ,,Nee, ik ben veel te bang dat ik dan geblesseerd raak. Als er iets met mijn handen gebeurt, heb ik een groot probleem. Paardrijden is al riskant.’’

Wat zou je aan jezelf willen veranderen?

,,Soms zou ik wat minder perfectionistisch willen zijn. Want daardoor ben ik vaak lastig voor mezelf en voor mensen om me heen. Zeker voor medewerkers bij concerten is dat moeilijk, want bij optredens vraag ik het uiterste van mezelf en van anderen. Dan let ik op de kleinste details en verwacht ik dat iedereen op scherp staat. Dat is niet voor iedereen even prettig. Maar je kunt perfectionisme niet uitzetten. Ik weet ook dat ik er veel aan te danken heb. Zonder drang naar perfectie kom je er niet, in mijn vak.’’

Hoe zie je je toekomst?

,,Vroeger droomde ik ervan om een publiek op te bouwen en zo veel mogelijk concerten te geven. Nu ik dat heb bereikt, probeer ik daar zo veel mogelijk van te genieten. Dat wil ik in de toekomst nog veel meer doen. Ook wil ik straks meer componeren, nieuwe wegen in de muziek ontdekken en mezelf blijven uitdagen. Om te investeren in de toekomst van mijn vak, wil ik meer jonge, talentvolle pianisten begeleiden. Daarvoor geef ik meerdaagse masterclasses. Ook daarvoor is dit huis heel geschikt, want de deelnemers kunnen allemaal blijven logeren. Zelfs in de coronatijd was dat geen probleem: toen kampeerden ze in tentjes in de tuin en had ik hier een pianistencamping.’’

Fotograaf: Frank Doorhof

No items found.
No items found.
No items found.
No items found.
No items found.

Partner

Geen gerelateerde posts gevonden

Verder lezen