Article headline
Van etiketten naar erfgoed
Werken

Van etiketten naar erfgoed

In 2015 verkocht Guus Leguit (65) zijn laatste aandelen van de etikettendrukkerij. Een stormachtig avontuur kwam ten einde. Hij wilde tijd voor zijn hobby: legervoertuigen uit ’40-’45 opknappen. Maar ook hieruit ontstond een bloeiend bedrijf, dat hij nu samen met zijn zoon Bob (31) runt in Schoorl. Guus geniet. Dit is anders. Dit is passie. Dit is hun verhaal.

Van etiketten naar erfgoed

Guus, hoe begon jouw ondernemersavontuur?

“Dat was halverwege de jaren tachtig, toen ik vertegenwoordiger werd van elektronische weegschalen. De markt voor deze innovatie bleek mega. Vooral supermarkten gingen massaal om. Na een paar jaar verschenen er ook modellen waar meteen etiketten uit rolden. De vraag naar die plakkers steeg dus ook als een raket. Een collega en ik doken in het gat: in 1995 richtten we Etiket Nederland op.”

Ging dat direct voor de wind?

“Ja. Eerst als handelshuis: inkopen en doorverkopen. In 2000 besloten we een eigen drukpers te kopen. Onze etiketten waren goed en goedkoop. De klanten werden steeds groter, ons machinepark ook. Daarom kochten we in Alkmaar een kavel van tienduizend vierkante meter. Niet twijfelen, doorpakken. En bouwen. In 2008 openden we een hagelnieuwe drukkerij. En toen brak de grote financiële crisis uit.”

Hoe ging je om met die tegenslag?

“Nou, er gebeurde iets onverwachts. Winkels en supermarkten prijsden hun waar af. Slagers verkochten geen halve kilo’s meer, maar vijfmaal een ons. Wij draaiden 24 uur per dag! En we bleven flexibel. Wilt u nieuwe formaten? Regelen we. Met spoed 300.000 broccoli-etiketten? Doen we. Ons team was ook doorslaggevend. Toppers.”

Waarom stapte je uit het bedrijf?

“Rond mijn vijftigste verloor ik mijn motivatie. Er ontstond een verlangen naar iets anders nu mijn resterende tijd steeds korter werd. Ik startte een verkooptraject en in 2015 deed ik mijn laatste aandelen van de hand. Ineens had ik tijd en geld om in mijn hobby te steken: Willys Jeeps. Deze auto’s vond ik als kind al geweldig.”

Bob, herken jij jezelf hierin?

“Zeker, ik was ook al jong besmet met ‘het groene virus’. Nog voor mijn eerste rijles had ik een eigen Jeep opgeknapt. Al snel volgden er meer. Maar ook amfibievoertuigen en Harley Davidsons uit ’40-’45. Onze verzameling bleef niet onopgemerkt. We kregen steeds meer reparatieverzoeken. De handel bleek ook interessant. Speuren naar pareltjes deden we toch al. In 2017 zegde ik mijn baan op en begon ik samen met mijn vader Leguit Motor Company.”

Ook dat werd snel een succes. Hadden jullie een goed bedrijfsplan?

Guus lacht: “Een bedrijfsplan? Dat past op de achterkant van een sigarendoosje. Het gaat erom of de markt er klaar voor is. Verder moet je kwaliteit leveren en niet te hoog van de toren blazen.” Bob: “Op Instagram laten we zien wat we doen en hoeveel lol je met zo’n voertuig kan hebben. Dwars door de sloot met een rupsvoertuig, bijvoorbeeld. Of een jeep die zichzelf lostrekt met de lier. Sommige filmpjes zijn meer dan een miljoen keer bekeken.”

Hebben jullie nog dromen?

Bob: “Nou, eigenlijk ontbreekt de M4 Sherman-tank nog. Maar dat kan gewoon niet: die weegt dik dertig ton.” En Guus? “Een Supermarine Spitfire misschien. Maar ook met een vliegtuig kun je hier niks. Ach, Shaffy zong het al: vervulde wensen gaan voorbij, maar aan ’t verlangen komt geen eind.”

EEN BEETJE VAN IEDEREEN

“De Willys Jeep spreekt bij jong en oud tot de verbeelding. Dat levert altijd leuke reacties en gesprekken op”, vertelt Bob. “Het geeft een goed gevoel om dit spul op de weg te houden. Wij geven ook regelmatig evenementen extra cachet, zoals laatst de opening van een oorlogsmonument. Hoort erbij, vinden we. Historisch erfgoed is een beetje van iedereen. Ook mooi: waar we ook parkeren, we krijgen nooit een prent!”

No items found.
No items found.
No items found.
No items found.
No items found.

Partner

Geen gerelateerde posts gevonden

Verder lezen